+31203417896 buschges@bart.nl

Uitzicht vanaf de Monte Verità, 28 december 2021

Casa Selma, een van de kleine hutten

Toen ik half december in Italië was, kon ik wel even naar de Waarheidsheuvel aan het Lago Maggiore in Zwitserland gaan. Van Bologna naar Ascona was een halve dag met de trein. Even de sfeer proeven van het verblijf van Henri van Kol op de Monte Verità. Op deze heuvel, want meer is het niet, streken in het eerste jaar van de nieuwe twintigste eeuw een aantal idealisten neer. Zij, Henry Oedenkoven en Ida Hofmann, kochten grond en stichtten een kolonie. Vele alternatievelingen vonden er hun heil. Daar op de heuvel in de plaats Ascona bouwden zij in 1900 een aantal kleine huisjes (tiny houses!) en een sanatorium. Twee jaar later vernoemden zij de heuvel Monte Monescia tot Monte Verità. Het kuuroord was niet zo bijzonder, de gemeenschap daaromheen wel. Het was een bijzondere vorm van een algemene trend van natuurbeleving, vegetarisme, zuiverheid, naturisme en sociaalanarchisme. Het gebied rond het Lago Maggiore was in de tweede helft van de negentiende eeuw al een trekpleister voor de kapitaalkrachtige bourgeoisie én voor critici van en vluchtelingen voor de burgerlijk kapitalistische samenleving. Michael Bakoenin verbleef daar tijdens zijn ballingsjaren tot zijn overlijden in 1876.

De gemeenschap op Monte Verità kwam voort uit vooral de Duitse Wandervogel, de Reformbeweging en anarchistische denkbeelden. De lieden die er rond liepen, praktiseerden alle mogelijke vormen van wat Jan Romein de ‘kleine geloven’ noemde!! De lokale Zwitsers noemden hen in hun Italiaanse dialect balabiott (naakte dansers), wat heden ten dage het woord is voor gestoorden. Er is wat filmisch materiaal bewaard, die de vooroordelen en de positieve resultaten bevestigt. Het sanatorium was voor de oprichters – de Duitse Hoffmann en Belg Oedekoven hun bron van inkomsten. Van Kol vertrok op aanraden van zijn vrouw Nellie naar het vegetarische, ascetische en Spartaanse kuuroord. In de jaren tot 1914 kwamen en gingen velen. Om een paar aansprekende namen te noemen: Pjotr Kropotkin, Hermann Hesse, Ernst Bloch, Hans Richter, Hans Arp, Paul Klee en de Nederlander Otto van Rees. Zij verbleven van een dag tot enkele maanden. Ook Henri van Kol was er enige weken in 1904, niet voor de anarchistische sfeer maar om zijn gezondheid te herkrijgen. Na 52 jaar hard werken en bourgondisch leven (hij kwam tenslotte uit Brabant) speelden oververmoeidheid, slapeloosheid en gordelroos hem parten.Hij kwam voor een paar weken op de Monte Verità. Puurheid en gezonde lucht moesten hem weerbaar maken voor het harde socialistische propagandistische leven in Nederland, Europa en de rest van de wereld.

Van Kol had het niet naar zijn zin. Alleen maar groente: de keuze was warm of koud. Wat lichaamsbeweging betreft was de keuze tussen spitten of hout hakken. Het houten huisje was veel te klein, je kon je er nauwelijks in bewegen, zeker niet in de slaapkamer met een klein en smal bed. Hij liet het gelaten over zich heen gaan, zoals hij aan Nellie schreef: “Ik zit hier als heremiet op sandalen rotsen beklauterende, wortelen etend, steenen kloppend, boomen zagende, en als … maal, een handvol hazelnoten. Krijg in 2 dagen geen druppel water (…) Die heremiet vindt ’t hier niet gezellig, voelt zich – als een echte heremiet – erg eenzaam en helemaal alleen!” Het was winter, korte dagen en kou. Soms zag Henri een lichtpuntje: “Nu keek ik van de rotspunt naar de blauwe wateren als een stoomboot aankwam glijden, gleed ik op sandalen, zonder boord noch hoed, als een klimgeit naar beneden om den facteur (postbesteller) te vragen: ‘parta mia?’…, no Signore!” Nellie schreef bemoedigend: “Pleizierig is het stellig niet daar op dien Berg der waarheid; maar het strenge dieet en het houthakken enz. zullen je toch eer goed dan kwaad. Voor menschen die uitsluitend met de hersens werken is zoo’n houthakkers – of spitkuur uitstekend. Houd het maar flink vol, is de actie minder pleizierig, de reactie zal des te aangenamer zijn.” Maar na vier weken vond Henri het genoeg, hij vertrok zonder met de andere kuurpatienten gesproken te hebben of contact gemaakt te hebben. Na 1904 kuurde hij nog op vele plekken in Europa zoals Aken en Luchon. Pas rond 1907 was hij hersteld.

Na een kort bezoek aan Bologna, waar de klok op het Centraal Station nog steeds om vijf voor half elf staat, de tijd van de aanslag op 2 augustus 1980, ben ik naar de zuidelijke punt van Zwitserland gegaan. Het was zeer de moeite waard. Ook half december was het aangenaam koud en het uitzicht spectaculair. Enkele gebouwen uit de begintijd stonden er nog. Het sanatorium was lang geleden afgebrand, een nieuw gebouw was er vooral voor de toeristen. Geen ‘kleine geloven’ meer, bijna alles was vercommercialiseerd. Een vijfsterrenhotel, een sauna en nog steeds fraaie vergezichten. En de etherische sfeer was er weer: op de heuvel met het uitzicht is er een spirituele regenboog aangebracht. Wie het verleden wil laten herleven, die hale zijn of haar hart op aan de hedendaagse film Monte Verità – Der Rausch der Freiheit (zie hier een kritische bijdrage) over de eerste jaren van de gemeenschap op de Berg der Waarheid.

De regenboog van Chiara in zijn geheel

Einde van de regenboog van Chiara

 

 

Hoewel ik niet de waarheid gevonden heb in Ascona, was het een aangename, mistige ochtend met de vaststelling dat Van Kol inderdaad op de verkeerde plek was in een te klein huisje.